Veel ondernemingen hebben een systeem waarbij werknemers zelf hun verlofuren moeten registreren in een online HR systeem. Als je bijvoorbeeld op vakantie gaat, of als je ziek bent, moet je dit zelf aanvinken in het systeem. Ook in deze zaak is dat het geval. Hier gaat het om een werknemer die regelmatig overuren heeft moeten maken. De werknemer heeft dit ook aangekaart en verzocht om urenuitbreiding of een vergoeding voor de overuren. Zijn arbeidsomvang is wel tijdelijk uitgebreid, maar de werkgever ging niet akkoord met een compensatie voor overwerk.
Op enig moment vraagt de werkgever aan alle medewerkers of zij hun bovenwettelijke vakantie-uren willen laten uitbetalen. De werknemer heeft daarop gereageerd dat hij 111,35 bovenwettelijke uren wil laten uitbetalen. Vervolgens is de werknemer uitgenodigd voor een gesprek, waarin de werkgever hem aangeeft dat hij diverse vakanties in 2021 en 2022 niet heeft ingevoerd in het systeem. Werknemer erkent in dat gesprek dat hij de uren van 2022 nog moet invoeren, maar ten aanzien van 2021 stelt hij zich op het standpunt dat hij in die periode veel overuren heeft gemaakt en dat de niet geregistreerde uren ‘een bescheiden compensatie’ voor deze overuren vormen. Kortom, hij vindt het niet nodig om zijn vakantie uren in het systeem te boeken.